HP Headquarter » Boeken » Geheime Kamer » Samenvatting

Harry Potter en de Geheime Kamer
Na een verschrikkelijke vakantie bij zijn gemene oom en tante gaat Harry Potter naar de tweede klas van Zweinsteins Hogeschool voor Hekserij en Hocus Pocus.
Maar alleen al om daar te komen blijkt een ware heksentoer te zijn, waarbij een vliegende auto Harry en zijn vriend Ron uitkomst biedt.
Na alle avonturen van het vorig schooljaar denkt Harry zich rustig aan zijn lessen - Toverdranken, Transfiguratie, Bezweringen, Verweer tegen de Zwarte Kunsten - en zijn favoriete sport Zwerkbal te kunnen wijden.
Maar dan hoort hij een mysterieuze stem, vinden er aanslagen plaats en ontdekt hij een wel heel bijzonder dagboek...

Samenvatting
Na Harry's eerste jaar op Zweinstein keert hij weer terug naar de Duffelingen. Op Harry's verjaardag heeft oom Herman een belangrijk etentje om een grote order voor zijn bedrijf binnen te halen en Harry moet op zijn kamer blijven. Als hij in zijn kamer komt verschijnt er een raar wezen in Harry's kamer, Dobby de huiself. Hij verteld dat Harry gevaar loopt, maar hij kan niet zeggen waarom. Hij zegt dat Harry niet naar Zweinstein moet gaan, maar Harry wil juist erg graag terug. Daarom laat Dobby de taart voor de gasten vliegen, waardoor Harry een waarschuwing van het ministerie krijgt dat hij niet nog een keer mag toveren, omdat hij nog minderjarig is en dat hij anders van Zweinstein gestuurd zal worden. Dan komt Ron, samen met zijn broers George en Fred, Harry bevrijden met een vliegende auto. De moeder van Ron wordt boos op Rons broers, maar is toch blij dat ze Harry hebben meegenomen. Hij blijft logeren totdat het schooljaar weer begint.

Als ze op het station perron 9 3/4 willen binnengaan worden ze door iets tegengehouden, waardoor ze niet door het hek heen kunnen. Ron en Harry besluiten om de vliegende auto te nemen om op Zweinstein te komen. Net voordat ze op Zweinstein aankomen gaar de auto kapot en landen ze in de beukwilg, die hun bijna vermoordt. Proffesor Anderling is woest op Harry en Ron. De volgende dag staat er in de krant dat ze zijn gezien door Dreuzels en Ron krijgt een Brulbrief, een brief die de stem van de stuurder vertienvoudigd, van zijn moeder.

Er is weer een nieuwe leraar verweer tegen de zwarte kunsten, Gladianus Smalhart. Alle meisjes zijn verliefd op hem, omdat hij fantastische boeken schrijft en erg ijdel is. Ondertussen gebeuren er vreemde dingen op Zweinstein, de kat van Vilder wordt versteend em Harry hoort vreemde stemmen die anderen niet kunnen horen. Er wordt een duelleerclub opgericht, zodat de leerlingen zich kunnen beschermen. Als Malfidus een slang tevoorschijn tovert, probeert Harry de slang weg te jagen, maar hij doet dat zonder dat hij het weet met sisseltong, een kenmerk van zwarte kunsten waarmee met slangen kan worden gecommuniseerd. Iedereen denkt dat het monster dat mensen aanvalt het monster van Zwadderich is uit de geheime kamer en ze denken dat Harry hierachter zit, omdat hij Sisseltong spreekt.

Tijdens de Zwerkbalwedstrijd tegen Zwadderich zit een op hol geslagen beuker achter Harry aan en net wanneer Harry de snaai bij het oor van Maldifus ziet wordt hij geraakt, maar hij weet de snaai nog te vangen voordat hij neerstort. Op de ziekenzaal komt Dobby hem bezoeken en verraad dat hij de poort op het perron heeft gesloten en dat hij de beuker op hem heeft afgestuurd. Die avond wordt een leerling van Griffoendor ook versteend en breekt er paniek uit. Harry, Ron en Hermelien vermoeden dat Malfidus achter de aanvallen zit en maken een wisseldrank om de plaatsen van Zwadderaars in te nemen en een bekentenis uit Malfidus te krijgen. Het blijkt echter dat Malfidus ook niets van de aanvallen afweet. De aanvallen blijven doorgaan en Zweinstein dreigt gesloten te worden.

Net voor de tweede Zwerkbalwedstrijd wordt ook Hermelien versteend en komen er drastische maatregelen. De leerlingen worden naar de lessen begeleidt door de leraren. Harry vindt een dagboek op de wc, die antwoordt geeft als je er in schrijft. 50 jaar geleden zouden er ook aanvallen zijn geweest en toen was Hagrid van school gestuurd. Dan wordt het zusje van Ron, Ginny ontvoerd naar de geheime kamer door de erfgenaam van Zwadderich. Harry en Ron dwingen Smalhart om mee te gaan naar de geheime kamer, omdat hij had gezegd dat hij altijd al zou hebben geweten waar de geheime kamer was. Ze vinden de ingang in de meisjes-wc en komen in een soort lange buis. Smalhart pakt Rons toverstaf af om hen te betoveren, maar omdat Rons staf kapot is gegaan door de beukwilg treft hij zichzelf. Hij botst tegen een muur aan en er komen allemaal stenen tussen Ron en Harry te liggen. Harry gaat alleen naar de geheime kamer en komt Marten Vilijn, de schrijver van het dagboek, tegen bij Ginny.

Het blijkt dat Marten Vilijn de erfgenaam van Zwadderich is en dat het monster een Basilisk is, een soort slang met een dodelijke blik en giftanden. Marten Vilijn verteld Harry dat hij Voldemort is ("Marten Asmodom Vilijn" is een anagram voor "mijn naam is Voldermort"). Perkamentus stuurt Harry de sorteerhoed en een feniks. Harry verslaat de basilisk, maar de basilisk weet hem nog wel te bijten. De feniks huilt op de wond van Harry en geneest de wond. Dan pakt Harry het dagboek en duwt de giftand er doorheen. Marten Vilijn verdwijnt en ze zijn weer veilig. Harry en Ron krijgen ieder 200 punten voor het afdelingskampioenschap en Griffoendor wint. Harry bevrijdt Dobby, doordat de vader van Draco de sok van Harry naar Dobby toe gooit. En met de Zweinsteinexpres gaat Harry weer terug naar de Duffelingen.

Je browser ondersteunt geen javascript, schakel javascript in of installeer een browser die wel javascript ondersteunt om de pagina goed te kunnen bekijken